Covertekst Curaçao, eind jaren negentig. De Nederlander Arthur Poolman heeft een baan aangenomen op een middelbare school. Zijn verwachtingen zijn hooggespannen, maar het kost hem moeite om grip te krijgen op de keiharde, dorre rotsen van het eiland; Arthur voelt zich er stuurloos.
Hij raakt onder invloed van de raadselachtige, rebelse Ralph Veerman, die hem meesleept naar de duistere hoekjes van het eiland. Tegelijkertijd gaat het in Nederland slecht met Arthurs vader, al probeert die dat voor zijn zoon verborgen te houden.
Op een broeierig Curaçao dat van elke valse romantiek is ontdaan, zoekt Arthur houvast bij de Antilliaanse literatuur, de vrouw van Campo Alegre en de fles. Als een eclips het eiland voor heel even helemaal op zwart zet, gaat hij op zoek naar licht: boven op de Christoffelberg. Daar komt hij definitief los.
237 pagina’s
Uitgeverij Meulenhoff, Amsterdam
ISBN 978 90 290 8965 4
NUR 301
Recensie Jaren geleden was ik een lange vakantie op Curaçao. Mijn vriend liep daar vijf maanden stage en ik zocht hem daar op. Boeken die zich daar afspelen hebben sindsdien een aantrekkingskracht op mij. Maar ook het feit dat ik eerder al Tonic las van Mohren, maakte het dat ik graag dit boek wilde lezen.
Covertekst Arthur Poolman is alcoholist. Hij leeft in een wereld waarin drank de baas is. Het begint met de weekends: de teugels los, alle zorgen voor even vergeten. Maar het kan niet altijd vrijdagavond zijn. De werkweek schudt hem wakker, en steeds meer heeft diezelfde drank nodig om nog te kunnen functioneren. Steeds vaker verliest hij de controle over de angst en de schaamte vanbinnen, die hem alleen maar meer, meer, méér laat drinken om te vergeten, te verdringen. Arthur valt steeds dieper, onbereikbaar voor dierbaren, tot hij de bodem raakt. Daar rest hem nog maar één keuze: nooit meer drinken of alles verliezen.
256 pagina’s Meulenhoff Boekerij bv, Amsterdam ISBN 978 90 290 8940 1 NUR 301
Recensie
Nog heel even wachten, want op 23 januari ligt het boek pas in de winkel. Lucky me, ik mocht hem al eerder lezen. Alleen al de cover sprak mij al aan, fris en krachtig. De inhoud is echter minder ‘fris’. Arthur Poolman houdt namelijk wel van een drankje, geen fris, maar een alcoholisch drankje. Echter blijft het er nooit bij één en ook niet bij de drie die hij zich soms voorneemt. Dit start in zijn studententijd, daar beginnen hij en zijn vrienden met drinken op vrijdagavond en kunnen zo het hele weekend doorgaan. Tja, een student die wel eens een drankje teveel op heeft, valt niet zo op. En bij Arthur al helemaal niet. Maar dan is hij afgestudeerd en heeft hij een baan als docent op een middelbare school. De scholieren mogen hem wel, maar hij staat vaak met een kater voor de klas. Hij houdt zichzelf voor dat hij het nodig heeft, de drank. Hij wordt er losser van, socialer, interessanter en leuker. Zijn vrouw Maite bedekt hem met de mantel der liefde, maar op een gegeven moment is voor haar de maat ook vol. Ze kan haar dronken man niet steeds maar redden, het breekt haar op. Op dat moment kan Arthur kiezen, de drank of zijn vrouw.
Ralf Mohren weet Arthur de alcoholist zeer geloofwaardig neer te zetten. Tijdens het lezen dacht ik bijna, dat moet Ralf ook hebben meegemaakt. De smoesjes die Arthur verzint, het stiekeme gedoe, allemaal zaken die bij een verslaafde passen. Het is interessant om te lezen dat de twee beste vrienden van Arthur weinig zeggen over het alcohol gebruik van hun vriend. Als ze elkaar zien dan doen ze eigenlijk net zo hard mee. Wanneer zegt er iemand, genoeg is genoeg? Het boeide mij om te lezen welke fases Arthur meemaakt en hoe hij er mee omgaat. Ondanks dat het boek niet ‘fris’ is, is het zeker een krachtig boek. Proost op dit resultaat!
‘Alcolhol’, zo stelde Oscar Wilde, ‘ingenomen in voldoende hoeveelheden, kan zorgen voor alle syptomen van dronkenschap.’ Daar weten de Ontwenners uit de ‘Afdeling der Verdwazing’ – die zich graag Juu-pileir of Bruine Leffe laten noemen – alles van. Elke woensdag marineren ze hun ziel in liters Karlsquell-bier, dat zij als ALDI-team kopen in de gelijknamige supermarkt. Zo blijft het leven draaglijk en blijven zij content in de steriele vrede van Psychiatrische Instelling. Maar wanneer er een gloed nieuwe therapeut hen aan het tekenen zet, kerft hun potlood onverwacht diep in hun ziel. En wanneer ‘Patiënt’ Mark Behiels, ‘zomaar , op bijna geniale wijze ‘Schoenen’ schets ‘die Spreken’, start een trage lente van Ontwenning.
759 pagina´s
Geert Colpaert & Uitgeverij Van Halewyck – Leuven ISBN 978 94 613 1147 4 NUR 300 / 301 €24.95
Recensie
Het boek start in de verre toekomst van 2036. Je leest kort het verhaal van Jennifer McQuillan, curator van een zeer prestigieus museum in Amerika. Zij staat op het punt te beginnen in het boek wat ook jij voor je hebt liggen en dan start het verhaal van de Ontwenners. In het begin heb je het gevoel dat je beland bent in een klucht. Het ALDI-team bestaat uit allemaal mannen met een bijnaam, gebaseerd op een biermerk, of iets dat met bier te maken heeft. Iedere woensdag mogen ze een paar uur de Instelling verlaten en gaan dan met z’n alle naar de ALDI. Daar kopen ze een boodschappenkar vol met blikken bier. Deze slaan ze in een recordtempo achterover, waarna het Grote Genieten begint. Het is tenslotte de enige keer in de week dat ze alcohol kunnen drinken. Vervolgens eten ze heel veel pepermuntjes, om daarna semi nuchter terug te keren naar de Instelling. Dit komt een aantal keer terug in het boek, wat aan de ene kant erg grappig is beschreven, maar aan de andere kant is het ook triest. De Instelling weet hier helemaal niets van en zo houden de Ontwenners toch hun verslaving in stand.
Tot Sam Borremans, therapeut en tevens kunstenaar, Creatieve Therapie komt geven aan de Ontwenners. Tijdens de tweede sessie laat hij de groep flessen drank, die daar letterlijk aanwezig zijn, na tekenen. Dat is het grote moment waarin er een verandering ontstaat in de groep. Mark Behiels blijkt namelijk een zeer groot talent te hebben, iets wat hij zelf zo niet ziet. Mark Behiels is namelijk zijn hele leven gekleineerd door zijn vader, de onderwijsinspecteur. De voornaamste reden dat hij alcoholist is geworden. Gedurende het boek leer je ook het ALDI-team kennen en de redenen waarom zij in de Instelling zitten. Sam is zo onder de indruk van de tekeningen van Mark, dat hij de broer van Mark opzoekt die inmiddels ook al op de hoogte is van het talent van Mark. Theo heeft Mark altijd gesteund en hem overal van de weg geplukt als weer laveloos langs de kant van de weg lag. Theo en Sam maken een plan om Mark te stimuleren om niet alleen te tekenen, maar ook te schilderen in de Academie der Ontwenners. Steeds meer Ontwenners krijgen door de tekenlessen een nieuw doel in het leven en dat is niet meer het nuttige van alcohol. Ook Mark laat tijdens de bezoekjes aan de ALDI zijn biertjes vaker staan en tekent in plaats van bier te drinken.
Echter is de directeur van de instelling, tevens psychiater, toxicoloog, het niet eens met de tekenlessen en zeker niet als er naakt modellen worden ingezet. Rust en regelmaat hebben zijn patiënten nodig. Tot… er allerlei hiërogliefen verschijnen op de tegels door het hele pand. Dit is de opkomst van de Ontwenners en de afgang van Jos, met de j van jammer.
Colpaert vertelt niet alleen over de Ontwenners, je krijgt als lezer tevens kunstgeschiedenis en geschiedenis voorgeschoteld. Soms heb je als lezer het idee, waar gaat dit heen? Maar uiteindelijk heeft die korte geschiedenisles weer te maken met wat een van de Ontwenners heeft getekend of heeft meegemaakt. Colpaert gebruikt overigens heel veel herhaling, echt heel veel herhaling (op ongeveer deze wijze). Daar moet je van houden, net als van het vele gevloek. Dit past wel bij de hele setting van het boek, dus dat nam ik voor lief. Overigens hoor je bij het lezen continu het zachte Vlaams in je hoofd, wat ik zeer aangenaam vond. Heb je zin in een enorm dik boek, die ook nog eens literair is, dan moet je dit boek echt lezen. Je wil weten hoe het Mark vergaat en je sluit hem en zijn ALDI-team echt in je hart. Veel leesplezier!
Omdat het een dik boek is, heb ik tijdens het lezen aantekeningen gemaakt. Dit deed ik met name om de vele personages beter uit elkaar te houden.